Blog Post

Weg met de breinpositie!

Rob Revet • jan. 26, 2021

column   merkstrategie



Differentiëren moet. Dat wil zeggen: als je de meeste marketingboeken er op na slaat. Maar is merkdifferentiatie werkelijk het belangrijkste merkdoel en gaat dit op voor alle merken? Daar is de laatste tijd steeds meer discussie over.

Vloeken in de kerk. Mag dat? Dat ligt er waarschijnlijk aan hoe streng de leer van de kerk in kwestie is en hoe heilig het onderwerp. Ook in marketing kennen we heilige huisjes. Zoals merkdifferentiatie. Het eerste en laatste gebod van Al Ries – Differentiate or die! – echoot al langer dan twintig jaar na in ons vak. Maar is differentiatie wel de heilige graal van marketing- en merkstrategie?


Differentiatie vs. distinctiveness


Marketeers nemen vaak aan dat unieke merkassociaties nodig zijn voor merksucces en dat merken daarom een specifieke breinpositie moeten claimen. Via unieke merkeigenschappen wekken we immers interesse, vraag en voorkeur op voor een merk. Toch? Dat valt te bezien. Kopers zien meestal niet zo veel verschillen tussen merken en nemen de meeste koopbeslissingen impulsief en ondoordacht. Bovendien zijn er genoeg merken die een prima boterham verdienen zonder zich werkelijk te onderscheiden van andere merken.

"Positioneren suggereert dat we een merk kunnen parkeren op de breinpositie die we willen."

Wetenschappers twijfelen dan ook steeds meer aan de noodzaak en het nut van merkdifferentiatie. Byron Sharp voorop. Hij predikt de fysieke en mentale beschikbaarheid van merken. Differentiatie is daarvoor niet nodig. Wel ‘distinctiveness’ of de opvallendheid en herkenbaarheid van het merk. Hiertoe moeten merken meerdere ‘distinctive brand assets’ ontwikkelen. Daarnaast moet het merk verbonden worden aan meerdere gebruiksdoelen of -situaties, de zogenaamde ‘category entry points’. Differentiatie is volgens Sharp wel mogelijk, maar doet er niet zo toe. Het draait om de relatieve omvang van het merk in het geheugen van kopers en niet om het claimen van een specifieke positie of associatie.


Uniek of een breed associatienetwerk?


Sharp’s visie sluit goed aan bij wat we weten over hoe merkassociaties merkgedrag beïnvloeden. Vooral het aantal associaties, hun sterkte en de mate waarin deze positief worden gevonden, beïnvloedt merkkeuze. Ook onderzoek naar onderscheidende merkassociaties of ‘points of difference’ en gedeelde categorie-associaties of ‘points of parity’ wijst in die richting. Dat laat namelijk zien dat vooral bekende merken met een hogere merkwaarde hun points of difference kunnen benadrukken. Voor minder bekende merken met een lagere merkwaarde lijkt het beter om gedeelde categorie-associaties te benadrukken. Merkkracht en -grootte zijn dan eerder voorwaardelijk voor differentiatie dan dat differentiatie noodzakelijk is voor merkkracht en merkgroei.

"Merkplanning vraagt om andere merkmodellen en metrics."

De breinpositie als ultiem doel van merk- en marketingstrategie kan daarmee de prullenbak in. Het doel van merkstrategie is niet om een specifieke of unieke associatie te claimen, maar om een zo groot mogelijk netwerk van sterke en positieve associaties te ontwikkelen. Groter, sterker en positiever in ieder geval dan dat van concurrenten. Tony’s Chocolonely is dus niet alleen slaafvrije chocola, maar ook een lekkere reep om jezelf mee te verwennen of om aan een ander cadeau te doen, of die reep met vrolijke en kleurrijke wikkels. Coolblue is die webshop met humor, blauwe pakketjes, goede service, vriendelijk personeel en een koddige directeur die in allerlei YouTube-filmpjes meedoet. Denk nu aan Verkade en Expert en dan valt het kwartje wel.


Merkpositionering vs merkplanning


In plaats van breinpositie moeten we daarom meer kijken naar het merkassociatienetwerk als geheel. Met alle distinctive brand assets, category entry points en andere associaties, uniek of gedeeld, die daar deel van uitmaken. Dat klinkt logisch en voor de hand liggend, maar is niet helemaal zonder gevolgen. Neem positionering bijvoorbeeld. Positioneren suggereert dat we het merk kunnen parkeren op de breinpositie waar we het hebben willen. Het is echter veel meer de geleidelijke, stapsgewijze ontwikkeling en versterking van het merkassociatienetwerk in een concurrerende context. Merkplanning in plaats van merkpositionering. Daar hebben we dan ook andere merkmodellen voor nodig en andere metrics en benchmarks om de kracht en omvang van het associatienetwerk te kunnen beoordelen en managen. Om zo maar wat te noemen.



Deze column verscheen ook bij SWOCC en Marketingfacts.

Deel deze post met anderen

Recente blogs

door Rob Revet 29 aug., 2023
Retailmedia hebben de wind mee. Logisch. Het medium zit dicht op het koopmoment en het is goed meetbaar. Moeten alle retailers daarom nu media exploitant worden? En wat doen retail media eigenlijk voor merken?
door Rob Revet 10 aug., 2023
Er is een flinke discussie over het nut en de noodzaak van merkdifferentiatie. Is het nodig om een onderscheidend merk te hebben of volstaat distinctiveness (snelle merkherkenning)? In dit artikel een overzicht van de discussie en de laatste inzichten.
door Rob Revet 09 mei, 2023
Byron Sharp beschrijft in zijn boeken How Brand Grow hoe merken groeien. Houden we daar in merkonderzoek genoeg rekening mee? Nee. In Better Brand Health beschrijft Jenni Romaniuk hoe het wel moet. Dit artikel geeft een samenvatting van dit boek.
Share by: